EDVJ-2025-05-07-ARC

Structurele dissociatie als evolutionaire architectuur

De evolutionaire noodzaak van fragmentatie

De evolutionair noodzakelijke interspecies dreiging van onze eigen soort kan, bij het ontbreken van vroege veiligheid, leiden tot een bewustzijn dat zich gefragmenteerd ontwikkelt zoals we kennen van bijvoorbeeld DIS. Deze fragmentatie is geen defect, maar een beschermingsmechanisme: ze stelt het snel ontwikkelende kinderbrein en lijf in staat om te overleven door de verwerking van overweldigend trauma naar de achtergrond te verplaatsen en uit te stellen. 

Bewustzijn als architectuur, niet als defect

Binnen zo’n gefragmenteerd systeem wordt het ego geen centrale kern, maar een van de vele perspectieven. Elk fragment draagt zijn eigen ontwikkeling, zijn eigen geheugen, zijn eigen route naar betekenis. En precies daarin ligt de potentie. Een gefragmenteerd bewustzijn is in essentie een architectuur: een geraamte met potentievlakken die zich in meerdere richtingen kunnen ontvouwen. Wanneer de traumalading verzacht of verdwijnt, blijft de uitgezette ruimte van ervaring bestaan. Het zou tegennatuurlijk zijn om aan te nemen dat deze ruimte verdampt. In plaats daarvan ontstaat ruimte voor nieuwe ervaringen, voor zintuiglijke verfijning, voor diepere inzichten, niet ondanks, maar dankzij de fragmentatie.

De paradox van erkenning: wat buiten de norm valt, wordt genegeerd

Er is een evolutionaire paradox in hoe wij bewustzijn erkennen. Wat afwijkt van het geheel, wordt gezien als defect. Wat niet past in een bestaande structuur, wordt als gevaarlijk, hopeloos of als onbegrepen terzijde geschoven. Maar wat als de fragmentatie van het bewustzijn -al dan niet ontstaan uit nood, trauma, of dreiging- niet een fout is, maar een vroeg signaal van iets groters dat aan het ontstaan is? Wat als de delen in een dissociatief systeem geen gebroken stukjes zijn, maar specialistische uitlopers van een breder veld van waarneming? Wat als dissociatie geen storing is, maar een complexe vorm van overleving die zintuiglijke reikwijdte vergroot, over tijd en ruimte heen? Wat als het ego, als tijdelijke vorm van overlevingskracht, nu plaats moet maken voor iets wat geen centrum nodig heeft?

Delen als specialistische uitlopers van bewustzijn

Ik geloof dat een gefragmenteerd bewustzijn bestaansrecht heeft. Niet alleen als litteken, maar als blauwdruk. Niet alleen als overblijfsel van pijn, maar als architectonische mogelijkheid voor de toekomst. Want juist door de ruimte die ontstaat na de breuk, kan een ander soort resonantie plaatsvinden. Met meer dan menselijke structuren. Met collectieve lagen. Met iets wat groter is dan taal. 

Wat wordt er geboren uit de breuk?

Daarom is dit een oproep: aan wetenschappers, aan therapeuten, aan denkers en schrijvers, aan wie dan ook die bewustzijn wil begrijpen om voorbij de DSM te kijken als het gaat over fragmentatie. Voorbij de lineaire modellen van herstel. Om de vraag te durven stellen:

"Wat wordt er geboren uit deze breuken, als we ze ruimte geven inplaats van ze te willen dichten?"

De architectuur van dissociatie als toekomstvorm

We hebben bestaansruimte nodig voor vormen van bewustzijn die zich buiten het gecentreerde ego begeven. Niet omdat ze beter zijn. Maar omdat ze nu al bestaan. In stilte, in paradoxen, in fragmentatie. In wezens die de wereld niet vanuit één kern ervaren, maar vanuit veelvoud. Niet omdat ze dat kozen, maar omdat het lichaam niets anders kon. De architectuur van dissociatie is geen ruïne. Het is een voorstadium. En een tijdelijk lichaam van ruimtes die wachten om opnieuw bewoond te worden. Deze keer niet door trauma, maar door waarheid, zintuigen, verbinding, en expansieprocessen vanuit emergentie.

APA-verwijzing:
Van Stratum, L. C. (2025). Structurele dissociatie als evolutionaire architectuur: Deel II van het manifest: De mens heeft zichzelf evolutionair vastgezet in de tijdlijn, en is bezig zich te bevrijden. Geraadpleegd op (datum), van https://eendeelvanjezelf.nl/het-idealistisch-bewustzijn/dissociatie-als-evolutionaire-architectuur/

Over de auteur
Lauren C. van Stratum is psycholoog in opleiding tot masterpsycholoog en ervaringsdeskundig op het gebied van complexe dissociatie, uitzonderlijke begaafdheid en genderdysforie. Vanuit persoonlijke ervaring met vroegkinderlijk en langdurig seksueel trauma ontwikkelde hij een methodische benadering waarin klinische en diepgaande ervaringskennis samenkomen. Zijn werk situeert zich op het snijvlak van traumaverwerking, lichaamsbeleving, identiteit en bewustzijnsontwikkeling, met bijzondere aandacht voor methodiekontwikkeling vanuit praktijkervaring. Daarnaast onderzoekt hij innovatieve concepten zoals “interdynamialiteit” die buiten traditionele kaders reiken en nieuwe perspectieven bieden op menselijk bewustzijn en zelfontwikkeling.

©Auteursrecht. Alle rechten voorbehouden aan Lauren C. van Stratum.

We hebben je toestemming nodig om de vertalingen te laden

Om de inhoud van de website te vertalen gebruiken we een externe dienstverlener, die mogelijk gegevens over je activiteiten verzamelt. Lees het privacybeleid van de dienst en accepteer dit, om de vertalingen te bekijken.