EDVJ-2025-10-06-SLM Laatst bewerkt: 10 juni 2025
Sleutel methodiek: een practice-based benadering bij DIS
De methode waarmee ik binnen 2 jaar grotendeels mijn Dissociatieve Identiteitsstoornis zelf behandeld heb.
Ethisch relevante kanttekeningen!
Zelfbehandeling zonder begeleiding door een therapeut of behandelaar wordt niet aanbevolen. Mijn methode is ontstaan uit een situatie van vastlopen binnen de bestaande visies op de dissociatieve identiteitsstoornis (DIS) binnen de Nederlandse GGZ. Ik bevond mij op een punt waarop ik geen andere optie meer zag dan zelf mijn eigen behandeling te ontwikkelen en uit te voeren. Maar tijdens dit proces had ik een FACT team (zonder specialistische kennis op gebied van DIS) waarmee ik wekelijks een ondersteunend contact had en alles mee kon delen. Ik ontwikkelde, coördineerde en voerde zelf de behandeling uit, maar ik kon dit wel delen met een therapeut van het FACT (mijn psychiater) die monitorde of ik niet suïcidaal werd en nog wel verstandig bezig was.
Ontstaan van mijn methode
Dit traject is geboren uit wanhoop, en juist die ervaring wil ik anderen met DIS/complex trauma besparen. Daarom deel ik mijn persoonlijke aanpak. Omdat ik het belangrijk vind dat behandelmethodiek geen informatie is die achter een (betaal)muur staat. De Sleutelmethodiek is (nog) geen evidence-based behandeling in wetenschappelijke zin, maar is gebaseerd op persoonlijke ervaring, bestaande behandelprincipes en klinisch redeneren.
Traumabehandeling is maatwerk! en niet anders aanbevolen
Dit is maatwerk. Iedere persoon met DIS/complex trauma is uniek en heeft een eigen pad. Wat hier beschreven staat, is mijn persoonlijke invulling en benadering, die hopelijk inspireert en handvatten biedt. Belangrijk: Deze aanpak raad ik NIET aan zonder een ondersteunend sociaal netwerk of professionele begeleiding. De eenzaamheid en isolatie die dit proces kunnen veroorzaken als je dit helemaal zelf doet zijn van een onuitspreekbaar niveau, en ik wens niemand deze ervaring toe. Ook de relaties die je hebt, kunnen hieronder lijden en dit kan leiden tot verdere isolatie.
Wetenschappelijke onderbouwing? (10-juni 2025: 20% van 100% voltooid)
Ik ben mij degelijk bewust van het belang van wetenschappelijke onderbouwing in de GGZ. Er komt dan ook op termijn een uitgebreidere versie met APA-bronnen en academische onderbouwing. Maar ik wil ook benoemen: de universitaire wereld heeft mijn manier van denken langdurig als ‘niet passend’ beschouwd (zie ook: Sgool is juis moelek). Hierdoor kost het mij meer energie en emotionele inspanning om dit persoonlijke werk te vertalen naar academische taal. Toch kies ik ervoor om dat, stap voor stap, wel te doen. Omdat ik geloof dat lived experience en wetenschap elkaar kunnen en moeten versterken.
Onderstaande knop bevat een professionele iteratieve behandelrichtlijn die gebruikt kan worden als praktisch kader voor therapeuten en behandelaren met voorkennis van complex trauma. Onder het schematisch model vertel ik op een authentieke manier mijn doorleefde invulling van mijn sleutelmethode.

Vooraf: Contra-indicaties
Deze methode is niet geschikt voor mensen die:
- sterk psychose gevoelig zijn.
- Weinig reflecterende vaardigheden bezitten
- Geen goed sociaal netwerk hebben (door schade en schande wijzer geworden)
DE THEORIE
Een integratieve visie: normaliseren én erkennen
De kern van deze benadering is exposure: gericht en met aandacht licht laten schijnen op dat wat per definitie uit het bewustzijn wordt geweerd. Juist dat vermijden van bewustzijn is de belangrijkste reden waarom iemand een dissociatieve identiteitsstoornis (DIS) ontwikkelt. Het trauma wordt zo diep verborgen dat het zelfs voor het eigen bewustzijn onzichtbaar blijft.
Binnen de Nederlandse GGZ zijn anno 2025 grofweg twee dominante visies op DIS te onderscheiden:
- Visie 1: Vermijdingsmodel
Delen bij DIS worden volgens deze visie gezien als een puur vermijdingsmechanisme, waarbij de ervaren amnesie een onderdeel is van die vermijding. Studies van Huntjens et al. (2014) en Marsch et al. (2021) laten zien dat bij DIS zogenoemde ‘apparente amnesie’ subjectief gezien wordt omdat uit tests informatie-overdracht komt tussen identiteiten (dissociatieve delen). Dit sluit aan bij de visie van van Minnen & Huntjens dat delen eerder vermijdingsmechanismen zijn dan fysieke geheugenbarrières. Schema-therapie bij DIS (STbijDIS) herkent en adresseert delen als vermijdings‑ of modi‑mechanismen. In zowel het behandelprotocol van Huntjens, Rijkeboer & Arntz (2019) als een recente case-study van Bachrach et al. (2023), wordt amnesie gezien als coping, waarbij schematherapeutische interventies direct ingezet worden om deze vermijding te doorbreken.
- Visie 2: Functioneel traumamodel/model van structurele dissociatie (Fase model)
Dit model, stelt dat bij DIS de persoonlijkheid opgesplitst is in Apparently Normal Parts (ANP’s) en Emotional Parts (EP’s). ANP’s dragen het dagelijkse functioneren, terwijl EP’s belast zijn met trauma’s en emotionele lading. Traumaverwerking vraagt erom dat deze delen samenwerken, en integratie werkt het best in een gefaseerde aanpak (stabilisatie → traumaverwerking → integratie). (Van Der Hart & Steele, 2022). Delen dragen het trauma en vervullen verschillende functies, met eigen namen en taken. Traumaverwerking moet in verband met werkelijke amnesie voorzichtig worden ingezet. Dit is naar ervaring en gesprekken met meerdere mensen met DIS de visie van de meeste TRTC’s (Top Referent Trauma Centra) in Nederland. Deze visie wordt ondersteund door recent onderzoek naar het FSG-programma (Brand et al., 2025), een online interventie gericht op psycho-educatie en vaardigheden voor mensen met complexe dissociatieve stoornissen. In deze RCT liet de groep met directe toegang tot het programma significante verbeteringen zien in emotie-regulatie, PTSS-symptomen, zelfcompassie en adaptieve vermogens ten opzichte van de wachtlijstgroep. De resultaten tonen aan dat stabilisatiegerichte interventies, mits gestructureerd, herhaalbaar en op eigen tempo toepasbaar en juist bij ernstig dissociatieve cliënten effectief zijn. De auteurs benadrukken bovendien dat hun bevindingen ingaan tegen een meer agressieve benadering waarin stabilisatie als overbodig wordt beschouwd. De uitkomsten bevestigen daarmee het belang van een gefaseerde, stabiliserende aanpak zoals die ook in de meeste TRTC’s wordt aangehouden.
Mijn visie (sleutelmethodiek) integreert elementen van zowel het vermijdingsmodel als het structureel-dissociatiemodel.
Waar het vermijdingsmodel de nadruk legt op het doorbreken van copingstrategieën en het structureel-dissociatiemodel het belang benadrukt van gefaseerde samenwerking tussen delen, laat mijn ervaring zien dat beide perspectieven elkaar kunnen aanvullen. Een te snelle benadering gericht op ontmaskeren van vermijding kan leiden tot hertraumatisering, terwijl een te lang uitgerekte focus op interne delen soms juist vermijding in stand houdt. Door beide modellen te verbinden via kleinschalige exposure en systematisch verzamelen van trauma-gerelateerde sleutelinformatie, ontstaat ruimte voor integratie op eigen tempo, met behoud van autonomie én richting. Een integratieve benadering van deze beide visies kan de sleutel aanreiken tot een relatief snelle en duurzame behandeling van complex trauma.
Dissociatieve delen: beschermers én signalen van vermijding
Dissociatieve delen zijn afgesplitst 'ofwel vanuit het zelf, of afgedwongen door de omgeving' om de persoon te beschermen tegen het verdragen van het trauma. Dit betekent dat een grote focus op de vorm van de delen (zoals namen, leeftijden, hobby’s, en interne relaties) vaak kan aansluiten bij het beschermingsmechanisme van de cliënt. Het kan ervoor zorgen dat de cliënt vooral niet naar het onderliggende PTSS-trauma toe hoeft te gaan. Met andere woorden: het uitgebreid benoemen en structureren van delen, het bijhouden van tientallen namen, en het creëren van een interne ‘gemeenschap’ die gezellig met elkaar praat over hun afzonderlijke bezigheden, kan ook een vorm van veiligheidsgedrag zijn. Dit kan functioneel zijn op korte termijn, maar het werkt tegelijkertijd het verwerken van onderliggend trauma in de hand door het te vermijden. Als iemand die zelf beide uitersten heeft ervaren, zowel het wegdrukken en ontkennen van delen als het juist overmatige expliciet maken van een DIS-beeld, kan ik bevestigen dat beide vormen hetzelfde pijnlijke trauma verbergen.
De paradox: trauma aanpakken zonder te overspoelen
Een directe aanpak van het PTSS-trauma is vaak niet haalbaar bij DIS, vanwege het gelaagde en complexe karakter van deze stoornis. Immers, het zijn de dissociatieve delen die het trauma dragen, dit kun je niet negeren of ontkennen. Het wegwuiven of ontkennen van deze delen versterkt juist het beschermingsmechanisme dat ten grondslag ligt aan DIS. Hierdoor wordt de stoornis alleen maar in stand gehouden en soms zelfs versterkt. Hoewel het op korte termijn lijkt alsof het trauma verdwenen is, is wat je in werkelijkheid doet het trauma nog dieper wegdrukken, vergelijkbaar met een bal die je onder water drukt; op een gegeven moment schiet hij met kracht terug naar de oppervlakte. Hoewel alle delen onderdeel blijven van één persoon, maakt het uitstellen van traumaverwerking de afstand tot het onderliggende trauma steeds groter. Die afstand groeit met elke uitstel, waardoor de stap om het trauma onder ogen te zien steeds zwaarder wordt.
DE BEHANDELING
Sleutelprincipe: Exposure in het klein
Naar mijn ervaring begint exposure niet pas bij de traumaverwerking zelf, maar al veel eerder: bij de (destructieve) vermijdingsstrategieën die eraan voorafgaan.
Voorbeelden:
Vind je eten moeilijk? Dan start je met exposure op dat gedrag.
Schrijf op, teken of verwoord wat bij jou past:
“Wat gebeurt er precies? Wat hoor je in jezelf waardoor je niet wil eten? Wat is het ergste dat kan gebeuren? Waar ben je bang voor?”
Achter deze angst schuilt vaak een nog onbewuste reden, een sleutel.
Automutileer je? Dan onderzoek je wat er voorafgaat aan deze handeling.
Schrijf op of beeld uit:
“Wat voel je? Wat hoor je in je hoofd vlak voordat je jezelf pijn doet?”
Ook hier ligt een onbewuste sleutel besloten.
Vermijd je de badkamer, de douche, of het naar de wc gaan?
Stel jezelf de vraag:
“Wat gebeurt er en wat hoor je in je hoofd als je daar naartoe loopt? Wat is het ergste dat kan gebeuren? Waar ben je bang voor?”
Ook dit wijst op een verborgen angst, een sleutel.
Alles waar je hoofd zegt: “Ik kan dit niet” kan wijzen op diepgewortelde doodsangst, en verdient het om zorgvuldig onderzocht te worden. Dit proces is moeilijk, want elk klein stukje informatie rondom het trauma kan onbewust associaties en angst oproepen. En juist dáár zit vaak de vermijding. Maar: in het verzamelen van zo veel mogelijk informatie rondom deze verborgen gevoelens en angsten ligt de sleutel tot vooruitgang.
De grote verwerking: van sleutels naar kerntrauma
Met de verzamelde informatie, de ‘sleutels’, kun je een volgende stap zetten: het contact zoeken met het bijpassende dissociatieve deel. Dit betekent het uitnodigen van dat deel om te praten over wat gebeurd is en het trauma te door voelen, terwijl jij als onderzoekende en zorgzame volwassene ernaast blijft staan. In het gunstigste geval kan hier een techniek als ImRs (Imaginaire Rescripting) toegepast worden, waarbij het deel symbolisch uit de traumatische situatie wordt gehaald en jij als volwassene de dader in het beeld confronteert. Als het beeld nog niet duidelijk is of teveel afwijkt van hoe het trauma mogelijk werkelijk gebeurde, kan Imaginaire Exposure (IE), waarbij je het beeld voorzichtig herbeleeft zonder direct in te grijpen, helpen om het vollediger te maken, zodat Rescripting of bijvoorbeeld EMDR daarna effectiever is. In mijn eigen ervaring hielp het om contact te maken met jongere delen via symbolen, zoals een knuffel die dat deel representeerde wat ik troost biedde alsof het een jongere versie van mijzelf was. Zo'n extern zelfco-regulatiehulpmiddel bevorderde de integratie van de herinnering als onderdeel van mijzelf. Als het op een gegeven moment lukt raad ik aan om een shot uit de herinnering te tekenen, met alle herinneringen naast elkaar ontstaat zo uiteindelijk een soort geïllustreerde integratieve tijdlijn zoals bekend van NET.
⚠️ Let op: traumaverwerking heeft pas zin als je helder genoeg kunt blijven om NAAST het trauma te staan. Als je merkt dat je steeds wegzakt in herbelevingen, betekent dit dat je eerst nog meer randinformatie moet verzamelen rondom je vermijding en alles wat onbewust opgeslagen ligt.
Een oordeelvrij ontvouwend proces
Hierdoor worden ‘hervonden herinneringen’ niet iets controversieels, maar een natuurlijk gevolg van het afpellen van de lagen, vergelijkbaar met wat bekend is vanuit EMDR bij complex trauma (Poli et al., 2023; Sezis, 2023). Hoe meer je milde traumalading blootlegt, hoe meer ruimte er ontstaat voor het verwerken van diepere angsten. Dit betekent niet dat jij (of je cliënt) je verhaal bewust groter maakt, of dat externe informatie het trauma ‘vormt’. Dit gaat over de dissociatieve amnesie die, door erkenning en herkenning, steeds meer ruimte krijgt om het volledige trauma te integreren, laag voor laag. In behandeling draait het niet om waarheidsvinding, maar om het ontdekken waar je écht bang voor bent. Natuurlijk is beïnvloeding van geheugen een reëel risico. Maar het gericht verzamelen van informatie over jouw eigen ervaringen, met focus op jouw emotionele beleving en lichamelijke gewaarwordingen, werkt juist verhelderend. Je bent geen rechercheur en de therapeut geen rechter. Het gaat in behandeling niet om het exacte detail, zoals de kleur van je kleding in de herinnering. Het gaat erom het herkennen van datgene wat zo ontregelend is dat je het instinctief vermijdt, vaak verpakt in gedachten als: ‘Ik weet het niet zeker’.
Verklaring waarom het voor mij werkte (visie kan hierover verschillen!):
Verklaring van PTSS
Mijns inziens is een dissociatieve identiteitsstoornis (DIS) te begrijpen als een jonge, doorgeslagen vorm van een posttraumatische stressstoornis (PTSS). PTSS ontwikkelt zich vaak wanneer iemand een gebeurtenis ervaart die te overweldigend is om in één keer te verwerken. Omdat het brein deze heftige ervaring liever vermijdt, blijft het trauma onbewust, maar het lichaam en de geest dwingen verwerking af door intrusies en herbelevingen. De persoon probeert deze pijnlijke herinneringen dan zo snel mogelijk weer te vermijden, waardoor het mechanisme zichzelf in stand houdt, totdat behandeling deze cyclus doorbreekt (Foa & Kozak).
DIS als te jonge PTSS
Bij DIS vindt deze overweldigende ervaring plaats in een heel jong kinderbrein, dat nog niet in staat is om trauma te verwerken. Een kind zoekt automatisch troost, zowel intern als extern, maar wanneer die troost niet beschikbaar is, splitst het bewustzijn zich op. Deze dissociatie beschermt het kind tegen overbelasting en falen van groeiende lichamelijke en psychische systemen (DIS is me, 2023). Het vermijden van het trauma gebeurt dus al op een onbewust, neurologisch niveau om het overleven mogelijk te maken. Omdat kinderen creatief zijn en daarnaast nog geen volledig ontwikkelde persoonlijkheid hebben, ontstaan er uiteenlopende afgesplitste delen, maar in essentie is het eenzelfde overlevingsmechanisme.
Amensie erkennen als noodzakelijk beschermingsmechanisme, geen vermijding.
Het erkennen van deze dissociatieve delen als reëel en functioneel is cruciaal voor traumaverwerking. Het reduceren van dissociatieve amnesie tot een ‘waanachtige’ copingstrategie doet geen recht aan de complexiteit en het neurologische fundament van dissociatie. Bij geconditioneerde DIS kunnen amnesiebarrières zelfs het gevolg zijn van toegediende middelen zoals drugs en elektroshocks, die het geheugenverlies versterken. Dit verklaart het extreme geheugenverlies dat niet eenvoudigweg te herleiden is tot bewuste vermijding.
Randvoorwaarden en veiligheid
Met deze inzichten ben ik er in geslaagd om de traumalading van mijn DIS -waarvoor ik aanvankelijk een prognose van acht jaar behandeling kreeg- grotendeels zelf thuis te verwerken binnen twee jaar. Voor de laatste herinneringen en mijn geschonden vertrouwen in de ggz, heb ik opnieuw hulp gezocht bij een psycholoog. ⚠️ Belangrijk: Deze aanpak raad ik NIET aan zonder een ondersteunend sociaal netwerk of professionele begeleiding. De eenzaamheid en isolatie die dit proces kunnen veroorzaken zijn van een onuitspreekbaar niveau, en ik wens niemand deze ervaring toe. Ook de relaties die je hebt, kunnen hieronder lijden.
Hechting en overdracht: de sleutel voor gezonde contacten
DIS en het herkennen van veiligheid
Bij een dissociatieve identiteitsstoornis (DIS) is het vaak lastig om betrouwbaar onderscheid te maken tussen wie veilig is en wie niet. Hierdoor reageer je gemakkelijk vanuit vroegere, kinderlijke angsten op mensen die in het heden eigenlijk veilig zijn. Dit leidt tot het projecteren van oude angsten op anderen, wat voor zowel jezelf als de ander belastend kan zijn. Een effectieve manier om hiermee om te gaan is door deze projecties, net zoals vermijdingsstrategieën, op een onderzoekende en nieuwsgierige manier te benaderen. Verzamel informatie over je gevoelens en gedachten rondom deze reacties.
Sleutelfiguren als spiegels van de eigen angst
Is er bijvoorbeeld iemand in je omgeving waar je extreem gehecht aan bent, of waarvan je bang bent dat diegene jou zal verlaten? En merk je dat je het volgende moment juist denkt dat deze persoon jou expres negeert, waardoor je boos of gekwetst raakt? Of ervaar je dat mensen om je heen vaak als bedreigend voelen, alsof ze jou willen beschadigen? Deze personen noem ik 'sleutelfiguren', omdat de emoties en reacties die zij bij jou oproepen belangrijke sleutels bevatten voor je herstelproces. Door deze patronen te onderzoeken en te begrijpen, ontstaat ruimte voor heling en het opbouwen van gezonde, veilige relaties.
Overdracht in kaart brengen
Sleutelfiguren kunnen sterke overdrachtelijke reacties oproepen. Dit zijn gevoelens en gedragingen die eigenlijk voortkomen uit oude ervaringen, maar zich nu afspelen in relaties met mensen uit het heden. Let daarom op signalen zoals:
- Gevoelens van verlating of verlating-angst
- Onverklaarbare boosheid of wantrouwen
- Een overweldigende behoefte om goedkeuring of bevestiging te krijgen
Onderzoeksvragen die kunnen helpen
- Wat gebeurd er en wat hoor ik in mijn hoofd en lijf als ik deze persoon zie?
- Wat gebeurd er en wat hoor ik in mijn hoofd en lijf als ik deze persoon niet zie?
- Wordt ik misselijk of draaierig bij het idee om 'iets verkeerds' te zeggen bij deze persoon?
- Voel ik mij heel klein bij deze persoon?
- Heb ik een neiging om deze persoon te willen overtuigen dat ik leuk of goed genoeg ben? Wat hoor ik dan in mijn hoofd?
Aanwijzingen die wijzen op overdracht (traumalading)
Alles wat angstige stress oproept wijst op overdracht, het ervaren van oude gevoelens bij mensen die neutraal of onschuldig zijn in het heden. Dit kan zich uiten in bijvoorbeeld:
- angstige hoop op gezien worden.
- (angstig) verlangen dat er voor je gezorgd wordt.
- (angstig) gevoel dat deze persoon je pijn gaat doen. (zonder dat hier bewijzen voor te vinden zijn)
- (angstig) gevoel dat je alles wil/moet delen met deze persoon.
- (angstig) gevoel van opwinding misschien zelfs. (zonder dat je je seksueel aangetrokken voelt tot die persoon)
etc.
Voorzichtig onderzoeken als deur naar herstel
Overdracht is in wezen traumalading. Net als bij vermijding is het belangrijk dit proces langzaam en voorzichtig te onderzoeken, exposure dus. Vaak ligt onder de overdracht een niet-verwerkt patroon uit het verleden dat opnieuw geactiveerd wordt. Door dit patroon te onderzoeken in plaats van het direct te geloven of volgen, open je een deur naar herstel. Juist deze ‘sleutelfiguren’ kunnen je zo indirect sleutels aanreiken voor verwerking en heling.
Tot slot: de sleutel ligt in balans
Probeer in je herstelproces niet afhankelijk te worden, ook niet van je sleutelfiguur. Laat verbinding een keuze zijn, geen noodzaak. Hoe verleidelijk afhankelijkheid ook kan voelen, het ondermijnt uiteindelijk je groei. Geen enkel emotioneel volwassen mens is volledig afhankelijk, ongeacht wat hij of zij heeft meegemaakt. En dat is precies waar dit proces over gaat: volwassen worden, op jouw eigen manier.
Tussen afhankelijkheid en hyperonafhankelijk
Volledige afhankelijkheid van een therapeut lijkt soms veilig, maar blijkt op de lange termijn juist beperkend. Dat is geen gemakkelijke waarheid om onder ogen te zien, ik weet uit ervaring hoe verwoestend die afhankelijkheid kan voelen en hoe echt de leegte is die eronder ligt. Tegelijkertijd is het belangrijk om ook hyperonafhankelijkheid te herkennen als een vermijdingsmechanisme. Het is het vermijden van verbinding, van vertrouwen opbouwen, uit angst opnieuw gekwetst te worden. Wees daarin milder voor jezelf dan ik soms was. Want ook dat is een beschermingsstrategie, begrijpelijk, maar niet altijd helpend. De sleutel ligt dus in het midden. In balans. In het leren voelen wanneer je steun mag aannemen en wanneer je op jezelf kunt vertrouwen. In het leren bouwen aan gezonde hechting zonder jezelf te verliezen of weg te geven.
Maar boven alles, en dit is altijd mijn diepste waarheid geweest, iets wat ik uiteindelijk zelfs op de muren van mijn badkamer schreef om elk deel van mij eraan te herinneren:
De sleutel ligt vanbinnen!!!
Ook als je het liefst álles zou vergeten, blijft die sleutel in jou aanwezig. En alleen jij kunt hem vinden.
Niemand anders. Maar je hoeft het niet alleen te doen.
Referenties:
Bachrach, N., Rijkeboer, M. M., Arntz, A., & Huntjens, R. J. C. (2023). Schema therapy for Dissociative Identity Disorder: a case report. Frontiers in Psychiatry, 14. https://doi.org/10.3389/fpsyt.2023.1151872
Van Der Hart, O., & Steele, K. (2022). The Theory of Trauma-related Structural Dissociation of the Personality. In Routledge eBooks (pp. 263–280). https://doi.org/10.4324/9781003057314-20
Brand, B. L., Schielke, H. J., Putnam, K., Pierorazio, N. A., Nester, M. S., Robertson, J., ... & Lanius, R. A. (2025). A randomized controlled trial assists individuals with complex trauma and dissociation in Finding Solid Ground. Psychological Trauma: Theory, Research, Practice, and Policy.
Huntjens, R. J. C., Wessel, I., Hermans, D., & Van Minnen, A. (2014). Autobiographical memory specificity in dissociative identity disorder. Journal Of Abnormal Psychology, 123(2), 419–428. https://doi.org/10.1037/a0036624
Huntjens, R. J. C., Rijkeboer, M. M., & Arntz, A. (2019). Schema therapy for Dissociative Identity Disorder (DID): further explanation about the rationale and study protocol. European Journal Of Psychotraumatology, 10(1). https://doi.org/10.1080/20008198.2019.1684629
Lebois, L. A., Ross, D. A., & Kaufman, M. L. (2021). “I Am Not I”: The Neuroscience of Dissociative Identity Disorder. Biological Psychiatry, 91(3), e11–e13. https://doi.org/10.1016/j.biopsych.2021.11.004
Marsh, R. J., Dorahy, M. J., Butler, C., Middleton, W., De Jong, P. J., Kemp, S., & Huntjens, R. (2021). Inter-identity amnesia for neutral episodic self-referential and autobiographical memory in Dissociative Identity Disorder: An assessment of recall and recognition. PLoS ONE, 16(2), e0245849. https://doi.org/10.1371/journal.pone.0245849
EDVJ-2025-10-06-SLM
APA referentie:
Van Stratum, L. C. (2025). Sleutelmethodiek: Een practice-based benadering bij DIS.
Geraadpleegd op (datum), van https://eendeelvanjezelf.nl/behandelstrategieen-bij-dis-lau-s-methode-/
Gedichtjes
Traumaverwerking thuis op de bank
Ik voel mij zo beroerd alles voelt wazig gaat er iets mis in mijn verstand?
Oke jongens let's fucking do this... we got this, niks aan de hand.
Ik zal naar je luisteren, wat probeer je mij te vertellen?
Ik weet niet of ik het wil geloven, het zal me beklemmen...
'Ik tiepe? zonder dat jij kijkt?'
Van mij mag alles, als je maar niet vermijdt.
Wat is dat vermijde?
Dat is de inhoud niet vertellen van waar je onder lijdt.
Het is het niet willen voelen van de onmenselijke strijd.
Maar ik zal je een geheimpje verklappen
Juist de verwerking blijven uitstellen is wat je zal vertrappen.
Het monster in de ogen kijken zal lucht geven
Ik zo ban, maa ik voor jou op sgrijfe.. ales trille en beve
het moes met mont,
zijn vies ding als een ijsje likke as ik goet verstont
Wat zie je in detail? Wat voel je? Wat moest je precies doen?
Kun je mij meenemen naar het verleden? Naar toen?
Alles begint te trillen Lau ik stik, ik ga straks over mijn nek, ik krijg geen lucht weet je zeker dat dit een goed idee is?
Zeker weten, de enige weg is erdoorheen, niks gaat mis.
Het gebeurd niet meer nu, ik ben bij je ik houd die man tegen laat de pijn niet los, maar doe je ogen eens open?
Ik huis zien. is hier nieman die mij kom sloope?
Nee het is voorbij.
Hier ben je alleen samen met mij.
Kijk eens, hier heb je je knuffel van een dinosaurus
Jaaaaa dinoooos. ik doe knufel geefe kus.
Zie je wel dat je het kan.
Ja ik nu hier ik nie meer ban
Je bent niet meer iemands bezit.
HOLY SHIT JONGENS WE HEBBEN ZELF TRAUMAVERWERKING GEDAAN, WE KUNNEN DIT!!!
LC, 2023
Teamwork
Zit je nou tegen jezelf te praten?
Wil je ons alsjeblieft laten?
Ik weet dat ik mij kan vertrouwen.
Dat we samen kunnen bouwen.
Maar dat we ook mogen rouwen.
Gevaar blijft daar. Het komt niet meer binnen wat zij ook mogen verzinnen.
Wat daders ook van ons willen.
Ik voel mij op momenten afhankelijk, maar nu ik zo van een afstandje kijk...
Ik hoef niet te leven naar jouw goedkeuring, als ik wil schelden zeg ik lekker tering. Ik hoef niet in jouw pas te lopen, ik hoef je mijn liefde niet te verkopen.
Ik besef mij dat ik het nooit zo heb kunnen zien, maar ik ben niet alleen, met DIS heb ik zelfs een heel team
- L, 12-05-2023
Interne communicatie
Zijn we elkaars beste maten? Nee. We kunnen elkaar écht haten.
Er is nijd er is strijd en altijd is er wel informatie kwijt. Of er heeft iemand spijt en er is sprake van veel lijd.
Ik zeg niet dat het makkelijk is, dat is wat ik bedoel.
Maar als de buitenwereld zorgt voor een onzeker en onbetrouwbaar gevoel. Vanuit alle pijn en paniek samen opzoek naar een doel.
Houdende het hoofd koel.
Zo communiceren wij via dit hoofd als natuurlijke paniek verzachter die de pijn verdoofd.
Want onszelf kunnen we niet wegjagen, nee we zullen dit samen moeten dragen.
Geen angst voor verlies juist omdat ik ipv voor de buitenwereld nu even voor interne communicatie kies.
- L, 12-05-2023
Samen strijden
Als de wereld uit elkaar valt, Als blijkt dat iets opnieuw ons leven vergalt.
Dan zijn wij niet alleen.
Dan praten wij samen, dan zijn wij 1 rotsvaste steen.
Als iedereen besluit weg te rennen.
Als men besluit ons niet meer te willen kennen.
Dan blijven wij met elkaar ook al is de buitenwereld dan heel naar.
We hebben onze verschillen.
De gedachte aan DIS doet mij nog altijd rillen.
Maar dan denk ik aan onze gesprekken onze angsten die hier mogen zijn.
Alles zonder consequenties die mogelijk leiden tot pijn.
Onze diepste verlangens per persoon ons geheim, als we maar blijven praten alleen dan zijn wij samen de lijm.
Vroeger klein en kwestbaar, vandaag: onverslaanbaar.
De daders hebben alles afgenomen van het kleine kind wat ze konden ze brachten aan de diepste fysieke, emotionele en seksuele wonden.
Maar door van zelf naar elkaar te splitsen blijven we ongeschonden.
We blijven met elkaar verbonden.
Want wij zijn samen de veiligheid die zij niet bieden konden.
-L, 12-05-2023
Suggestie
Ik ga je een geheim vertellen
Maar je mag het echt niemand uitspellen
Ik denk dat ik lieg over alles wat ik heb gezegd
Dat ik woorden in je mond heb gelegd.
…
Mag ik jou ook iets vragen?
Kan jij jouw verleden eigenlijk wel verdragen?
Want wat jij zegt klinkt als een vraag op een quiz.
En ik denk dat ik het antwoord weet.
Jij hebt namelijk een stoornis genaamd DIS.
- L 2022
Amnesie
Je doet mij zeer, en niet 1 keer maar steeds weer.
Dan weer spullen kwijt en vervolgens zorg je dat mijn studie eronder lijdt.
Dit kind liegt! Als verwijt. In mijn jeugd al zo vaak.
Ik doe niet alsof, al lijkt dat wel raak.
Taakjes verloren, zelfs nadat ik het had gezworen.
Ik ben echt eerlijk.. ik kan het niet meer weten.
Het feit is, Ik ben niet alleen vandaag,
Maar de helft van mijn leven vergeten.
- L 2022
Ontkenning
Ik moet iets bekennen, ik kan niet stoppen met ontkennen.
Dat wat zij mij hebben aangedaan, verdwijnt en kent geen bestaan.
Focus je toch op het heden.
Pas dan leef je een keer tevreden .
Maar ik leef gespleten, meer dan 1
En toch is het gelukt dat ik verdween.
Wie was ik dan
Wie zal ik zijn.
En wil ik dat wel weten als ik vervolgens verdrink in pijn?
Of zij wel echt zijn is mijn angst
Of ik niet lieg maakt mij misschien wel het bangst.
Dus wil ik weten wie ik ben…
Maar niet als ik daarmee het verleden erken.
- L- 2022